top of page
Eerste graad
Français
Meten
de maatbeker
het gewicht
le poids
de weegschaal
la balance de cuisine
le pichet mesureur
Eerste leerjaar
het bedrag
de munt
la pièce,
la monnaie
het briefjesgeld
le billet
(de banque)
le montant
het biljet
het wisselgeld
la monnaie
gepast betalen
faire l'appoint
le billet
Frans
rendre
teruggeven
de tijd
le temps
het seizoen
la saison
het halfuur
la demi-heure
de dag
le jour
het uur
hour
de week
la semaine
het dagverloop
le programme
de la journée
de dagindeling
l'emploi
du temps
de maand
kwart over
et quart
kwart voor
moins le quart
le mois
analoog
de ochtend /
's morgens
le matin
de voormiddag
le matin
analogue
Tweede leerjaar
de middag
de namiddag
l'après-midi
de avond
le soir
le midi
de nacht
over
après
voor
avant
la nuit
bottom of page